maandag 23 december 2013

Tijd (voor Kerstmis)


Tijd is een raar verschijnsel. Om praktische redenen in het leven geroepen door de mens. Want het is niet de tijd zelf die telt, maar de intensiteit waarmee je die tijd beleeft. Die momenten waarop de wereld even stil leek te staan, zijn voor altijd in je hart gekerfd. Die diepe emotie. Dat grote verdriet. Sprakeloze ontroering. Die gaven het begrip tijd even een volstrekt andere lading. Zo anders wanneer je in de regen en de kou op de bus staat te wachten.


Tijd in de vakantie, ook zoiets. Niet dat we daar recente ervaring mee hebben trouwens ;(... In de zomervakantie is elke dag bijzonder. Elke dag is anders. Elke dag is een kleinood dat schittert als de zee in het zuiden. En wat glijdt de tijd dan toch ongemerkt, als zand, tussen je vingers door.

Tijd is ook energie. Ik hoor mezelf vaak roepen dat ik ergens geen tijd voor heb. Maar in werkelijkheid gaat het dan om energie. En, het is een enorme dooddoener, maar de tijd gaat zo snel. Zo kan ik het me nauwelijks voorstellen dat dit alweer onze tweede Kerst in dit huis is. Daardoor kwam ik op het idee om eens wat mijmeringen over het begrip tijd op een rijtje te zetten.

Na de Goedheiligman het land uitgezet te hebben, hijgden we ons richting Kerstmis. Gisteren pas de boom opgetuigd! Eind vorige week hadden we het project 'keuken'. Bij (hopelijk tijdelijk) gebrek aan een huishoudelijke hulp betekent de aanloop naar Kerstmis niet alleen leuke dingen zoals recepten uitzoeken, versieren en een krans maken (jawel, hij hangt er, hoor), maar vooral ook schoonmaken, heeeel veel schoonmaken.

De keuken is nu brandschoon. Maar iedereen met een zwakke maag raad ik aan niet verder te lezen. Nadat alles in de keuken, waaronder de bank, van zijn plaats was gehaald om eens flink te soppen en te dweilen, was de 'oogst' als volgt: heel veel hagelslag, 2 plastic bekers (leeg), 1 rode m&m (!), 1 paar sokken (redelijk schoon) en 1 lege plastic fles olijfolie. Wij spraken onze verbazing uit over die olijfoliefles. Antwoord van beide kinderen was unaniem: ja, die hadden wij ook al zien liggen. Natuurlijk. Ze zullen het van geen vreemde hebben.

Het keukenkastje leverde nog meer verrassingen op. Maar zoals gezegd, het is weer opgeruimd en schoon. Christmas dinner anyone?

woensdag 13 november 2013

Huisarts (2)

Wat schandelijk. Zit ik u allen lekker te maken met de belofte van dijenkletsend leuke anekdotes over onze blijde intrede bij onze Duitse huisarts..... ben ik wel erg traag met het publiceren van deel 2. Maar goed, belofte maakt schuld, en hierbij dus.

Nu de rugzakellende achter de rug was - althans, ondanks de diagnose gaan wij niet over tot het aanschaffen van een rugzak - wachtte ons nog de bloedafname, het meten van de longfunctie, het ECG en meer van dat soort meer of minder invasieve, maar nooit erg aangename, ingreepjes. Het begon al met het bloed. We hadden bij jongste-zoonlief al mogen aanschouwen dat dit niet met zo'n handig bloedafnamedingetje gaat waarmee direct de buisjes worden gevuld, maar middels een gummi slangetje. Zo'n elastiekjeskleurig gummi slangetje dat associaties oproept aan mild-sadistische praktijken in door nonnen bestierde medische instellingen in de jaren vijftig of zestig van de vorige eeuw. Niks aan de hand uiteraard, maar je zal maar gezegend zijn met een rijke fantasie.... Natuurlijk ging ik onderuit (bijna!) en na het uiten van bemoedigende kreten aan het adres van Frau Hammerschlag, en het zorgzaam betten van mijn voorhoofd met een papieren handdoekje, kon ik door voor de longfunctie. De rest van het onderzoek had gelukkig minder voeten in de aarde, en al snel waren we klaar. Door naar de bespreking een paar dagen later.

Uh.... Besprechung - dat is toch 'bespreking'? Dat is toch niet je weer helemaal uitkleden tot op je verwassen Kruidvatslip en gescheurde boxershort met kerstopdruk.....? Mmm-mmm. Wel dus. We hadden eerst een goed gesprek met dokter G., waarbij onze testresultaten werden doorgenomen. Aansluitend bleek tot onze verrassing nog een kort lichamelijk onderzoek aan de orde. Ik was eerst aan de beurt, waarna ik op mijn gemakje de vreemde danspasjes van partner en huisarts kon gadeslaan. Dat ging namelijk zo: partner liet op aangeven van de huisarts zijn onderbroek zakken en keerde de huisarts vervolgens zijn achterkant toe. Nein, nein - huisarts lachtte wat verlegen en maakte een draaiend gebaar - aha, de voorkant dus. De onderbroek werd weer omhooggesjord (ik kwam inmiddels al niet meer bij), maar dat bleek ook weer niet de bedoeling. Dit allemaal op de vierkante centimeter, en in luttele seconden, ziet u het voor zich? Aha, bij deze Besprechung hoorde een inspectie van klok-en-hamerspel! Na de kennelijk vereiste greep in het kruis bleek het lichamelijk onderzoek afgerond en kon iedereen gerust ademhalen.

Bij navraag bleek dat dit laatste onderdeel samenhangt met de controle op prostaatkanker. De Hafenrundfahrt doen we pas vanaf vijftig jaar, zo meldde de huisarts. Misschien moet u even nadenken over deze wel erg plastische omschrijving, maar ik krijg hem sindsdien niet meer uit mijn hoofd. Probeer het maar eens.

woensdag 2 oktober 2013

Scharrelmama

Er was al het scharrelei, de scharrelkap en het scharrelvarken. In het Engels wel aangeduid met de term 'free range' waardoor ik ooit, in een jong en knapper verleden, door een collega ben aangeduid als 'free range secretary'. Ik weet niet meer waar het op sloeg. En... dankzij de crisis is er nu ook de scharrelmama.

Hoeveel mama's zouden er vandaag weer hebben lopen scharrelen? Arm zijn is duur, hoe gek dat ook klinkt. Want tijd is geld, en wanneer je de eindjes voortdurend aan elkaar moet knopen, ben je dus veel bezig met inefficiënt koopgedrag, tijdtechnisch gezien dan. Want tanken: peperduur. Dan maar € 20 erin, en na een dag of wat kun je weer naar de pomp lopen (rijden). Dat kost dus al 10 minuten extra. Omrijden naar een andere winkel omdat de pizza's daar in de aanbieding zijn: kost ook weer 20 minuten heen en terug... Mama's scharrelen wat af deze dagen. Voor de mama's die dat ook nog eens met een veeleisende baan moeten combineren is dat helemaal vermoeiend.

Gisteren heb ik ook wat gescharreld. Herfstzonnetje op mijn verenkleed, stro onder mijn pootjes, het was goed uit te houden eigenlijk.... Nou ja, deze scharrelmama scharrelde dus wat bij de Action en de Appie, en ging ook nog terug om een paar jongensbroeken te ruilen bij een modeketen die vooral bekend is in het oosten en noorden van ons land. Dit ruilen had aardig wat kippenpootjes in de aarde, want hoofdrekenen, daar doet de jongere generatie niet meer aan. Ook cheffin (40 plus) kwam er niet meer uit vanwege de veelheid aan kortingen op het originele kassabonnetje. Zucht. Ik moest plassen. Dan maar even naar de wc, om eenmaal terug te constateren dat de dames er nog niet uit waren. Zucht. Achter mij had zich inmiddels een hele rij grijzende plattelanders gevormd, die hun ziel in lijdzaamheid aan het bezitten waren. Bedrijfsleider (inderdaad, een man! hoe lekker rolbevestigend!) kwam erbij en loste het rekenraadsel op. Gelijktijdig rekende ik ijverig mee op de achterkant van een bonnetje. Pfffff. Hier zien ze me voorlopig niet meer terug. Misschien als ik wat meer tijd heb. Of geld. Of allebei.

O ja, over scharrelkippen gesproken. Wist u dat het heel erg leuk is om een kip vast te houden, en er dan kunstjes mee te doen? De kop blijft namelijk altijd op dezelfde plaats. Wel zachtjes doen, hoor, en niet stiekem knijpen!! Voor inspiratie: http://www.youtube.com/watch?v=nLwML2PagbY

dinsdag 1 oktober 2013

Inferno

Vergeet de angstaanjagende, nachtmerrieachtige visioenen van Jeroen Bosch. Vergeet Dante's Inferno. Vergeet de allerduisterste krochten van de hel. Ga naar de 50 plusbeurs!

Natuurlijk, zo erg is het niet. Maar ik zou zeggen: oordeelt u zelf! Zie foto's hieronder. Wat kun je trouwens verwachten wanneer je sowieso niet erg gecharmeerd bent van massa's vakantievierende Nederlanders, overvolle stranden en vooral: kortingsbonnetjes. Want daar, zo leek het, moest een bezoek aan de 50 plusbeurs eenvoudigweg mee beginnen. Misschien moet je zelfs wel zo ver gaan om te zeggen dat het daarom draait, getuige het grote aantal boodschappenkarretjes dat meegetrokken dan wel -gezeuld werd. Gewapend met een geprint toegangsbewijs inclusief bonnetje voor een gratis taartpuntje (hoe wij tot deze verstandsverbijsterende beslissing kwamen, volgt later) begaven wij ons zo'n twee weken geleden naar Utrecht. Auto geparkeerd, waarbij we natuurlijk - want 50 plus - de afslag naar het parkeerterrein misten ('Er stond toch P3 en P4?' 'Nee, P6, muts!'). Bij de ingang werden we direct met onze neus op de feiten gedrukt:


Dit had natuurlijk een overduidelijke indicatie moeten zijn dat het hier niet (of juist wel) pluis was. Eenmaal binnen bleek dat je minstens 20 minuten in de rij moest staan om je gratis taartpuntje te scoren. Sorry, hoor, maar ik ben toch niet gek, om maar eens even een bekende reclameslogan aan te halen. Na een halfuur de atmosfeer van enkele hallen 50 plusbeurs te hebben ingeademd, was het tijd voor koffie. Mèt gratis taart, op een rustig plekje zonder eindeloze wachtrij, want zo zijn we dan ook wel weer.

Best leuk, maar we vonden het welletjes na een paar uur campers, elektrische fietsen, reisbureaus en incontinentieluiers. Bij laatstgenoemde stand waren ook goodies te kriijgen, waarvoor je uiteraard in de rij moest. (Partner: daar ga je toch niet staan, iedereen weet dan toch dat je lekt!) Maar er waren ECHT mooie en interessante stands - echt! En er liepen natuurlijk ook gewoon normale, vlotte (of is dat een 50 pluswoord?) - zij het grijzende - 50 plussers rond. We hebben zelfs bijzonder nuttige informatie opgedaan. Waarvoor dat was, dat verklappen we natuurlijk niet. Het was niet voor een leuke reis (jammer!) en ook niet voor de waterige slipjes (gelukkig maar!).

Op onze weg naar de uitgang liepen we in het reisgebeuren nog tegen onderstaand bord aan. Sorry, hoor, te leuk om u te onthouden, de naam van de organisatie heb ik eraf geknipt. Niet dat dat veel helpt, want eigenlijk was ik mede uit acquisitieoverwegingen naar de beurs getogen. Niemand die mij nu nog vraagt om teksten voor elektrische fietsen of breipatronen te schrijven. Was al nooit mijn forte. Ik zal me nog eens oriënteren op de reisorganisaties, meer mijn ding. Al was het alleen maar om ooit zelf weer eens op reis te kunnen.... maar dan graag iets verder dan Utrecht.




woensdag 18 september 2013

Huisarts (1)

Na onze verhuizing was een van de vele zaken die onze aandacht vereiste, het zoeken van een nieuwe huisarts. Al snel viel de keuze op laten we hem huisarts G. noemen. In Duitsland, althans in deze contreien of misschien meer specifiek bij deze huisarts, is het niet genoeg om je eenvoudigweg aan te melden. Nee, je wordt hier totaal door de mangel gehaald voordat je in de kaartenbak van de dokter mag belanden. Er moest dus een kennismakingsgesprek worden gepland, gevolgd door uitvoerige lichamelijke onderzoeken - ten dele thuis uit te voeren met spateltjes en potjes en nog meer attributen, waarover hieronder meer - inclusief nabespreking.

Mijn eerste indruk van de huisartsenpraktijk was niet onverdeeld positief. Gezondheidscentrum G. bevindt zich namelijk IN een bejaardencentrum, en hoewel keurige, duidelijke bordjes voortdurend de weg wijzen (trap op, gang door, linksaf, enzovoorts) werd ik door de gaarkeukenachtige etensgeuren niet vrolijker op. Aan het einde van een lange gang was daar dan eindelijk de deur naar de receptie van gezondheidscentrum G. Op de gang een lange rij stoelen met klagende wachtenden en binnen bemanden drie bezige dames de balie. In dezelfde receptieruimte bevond zich nog een bed waarop ik, achter een bijna dichtgeschoven gordijn, een man ontwaarde wiens hechtingen zo te zien moesten worden verwijderd. Een beetje vreemd allemaal. De dames van de receptie liepen en riepen door elkaar, waarbij nog net geen privacygevoelige informatie van Herr Schmidt of Frau Müller werd prijsgegeven. Is dit Oeganda, of de Bondsrepubliek Duitsland? vroeg ik mij even af.

Eenmaal bij de dokter binnen was het echter een oase van rust. Herr Doktor bleek een uiterst aangename en vriendelijke man die geheel volgens de ayurvedische leer niet alleen de klacht, maar ook de gehele mens in ogenschouw neemt. Wij waren anders gewend, laat ik het maar zo zeggen. Na deze prettige kennismaking mij weer gemeld bij de assistente en wat bleek: bij het hele intakegebeuren hoort ook een slaaptest, dit om te zien of er - in geval van snurken - sprake is van slaapapneu. Nu worden er bij ons iedere nacht aardig wat bomen omgezaagd, dus zeker geen overbodige test.... De eerste keer viel het mee (meetapparaat, zuurstofmetertje, Nasenbrille), maar de tweede keer moesten wij naar bed met .... een rugzak. Hilarisch natuurlijk, maar minder leuk als blijkt dat je dit eigenlijk elke nacht zou moeten doen. De denkbeeldige conversaties zijn al niet van de lucht: 'Zullen we rugzakje-rugzakje gaan liggen?' 'De kliko moet nog naar buiten. Doe jij het even, ik heb mijn rugzak al op?'

Afijn, dat was deel 1 van onze intake. Het vervolgverslag wordt bloediger, er valt iemand bijna flauw, en ook zakt er nog een onderbroek op de enkels. Hou het in de gaten!


dinsdag 27 augustus 2013

Mejuffrouw B.

Op 16 augustus was het 30 jaar geleden dat mijn lieve moeder overleed. Ze was 47 jaar oud. Ik draag haar in mijn hart, zij is mijn goede kant. Mijn kinderen hebben oma nooit gekend, maar vanaf het moment dat ze het beseften, hebben ze altijd geweten hoe de zaak in elkaar zat. Wij gaan af en toe, vaak met zijn allen, naar haar graf - op een prachtig kerkhof ergens op de Utrechtse Heuvelrug. Zo ook op zaterdag 17 augustus. De kinderen zijn meestal danig onder de indruk. We wandelden wat onder de bomen, bekeken honderdjarige graven die niet meer te zien waren door het groen of een enorme blauwe hortensia.

Net toen we weg wilden gaan, kreeg jongste het even te kwaad. Even verderop was een oudere vrouw, haar fiets geparkeerd, bezig bij een ander graf. Toen we wegliepen, ik met mijn armen stevig om jongste heen, zei de vrouw: 'Ach jao, ''t is toch waat. En hij heeft oohma waorschijnlijk niet eens gekend.' Zij wel, zij herinnerde zich mijn moeder nog goed. De weemoed klapwiekte om mij heen. De bejaarde dame stelde zich vervolgens voor als mejuffrouw B., de voormalige eigenaresse van drogisterij X.

Een instant schuldgevoel maakte zich, decennia na dato, van mij meester. Mejuffrouw B!! De tang van drogisterij X, die je zo lekker op de kast kon krijgen. Op twaalf-, dertienjarige leeftijd ging ik steevast met schoolvriendinnetje J. - en vast ook nog met anderen - drop of iets anders kopen bij drogisterij X. Als meisje van die leeftijd heb je altijd iets nodig bij de drogist. Met als bijkomend groot genoegen dat wij lekker mejuffrouw B. konden jennen. Ik herinner me nog hoe we ons konden verkneukelen bij het vooruitzicht dat mejuffrouw B. ons de winkel weer uit zou sturen, gecombineerd met een flink, maar toch ergens ook wel prettig angstgevoel.

Ze was niet veranderd. Toen waarschijnlijk in de dertig (we vonden haar mega-oud, natuurlijk) droeg ze het blondgrijze haar ook al opgestoken, ze was nog steeds mejuffrouw en zelfs het model bril was onveranderd. Destijds droeg ze een witte jas in de winkel. Wat ik me niet meer kon herinneren was haar onvervalste Utrechtse tongval. Uiteraard vertelde ik wat wij vroeger hadden gedaan. 'O, zaat je daor op de maovo?' (Nee). Zij verzorgde nu het graf van haar ouders, vertelde ze. Toen haar verhalen over die-en-die-uitgebreide-plaatselijke-familie Gabriel Garcia Marquez-achtige proporties begonnen aan te nemen, vond ik het tijd om er voorzichtig een eind aan te breien.

Overigens heb ik nog wel mijn excuses gemaakt voor het geklooi van vroeger. Na dit weemoedige inkijkje in een lang vervlogen verleden gingen we traditiegetrouw naar de speeltuin in het bos. Spelen, een ijsje eten en een glaasje drinken op het terras in de late middagzon.

O ja, mijn volgende blog gaat over de wel heel uitgebreide intake bij onze Duitse huisarts. Dijenkletsend leuk, dat beloof ik u.

vrijdag 23 augustus 2013

Crisis? What crisis?

Even tijd voor een nieuw lijstje. Ze bliijven maar door mijn hoofd malen, al die grappige, stomme, onnodige en onderhoudende invalletjes. 'Alles komt ongefilterd binnen,' noem ik dat wel. Lijkt wel een soort ADHD. En aangezien het internet een stuk groter is dan mijn toch al zo volle hoofd: hupsakee.

Crisis is....

* huilen om een quasi-verloren zomer
* toch een beetje blij zijn als je samen in de zon op het heerlijk zonnige balkon zit
* ervan balen dat bij alles, werkelijk alles, geld een rol speelt ('Zullen we daar en daar heen gaan?' 'Nee, kost benzine.' 'Zullen we dan daarna wat drinken op dat terrasje?' 'Nee, kost ook weer geld.' Uh.... ja).
* het laatstje restje rouge uit je blush-stick peuteren met een wattenstaafje
* de schaamte voorbij, maar je waardigheid behouden
* blij zijn dat je nog wat vindt in je voorraadkast/vriezer
* je begeven onder het vaak niet al te fraaie publiek in een niet nader te noemen discount-supermarkt hier in het dorp
* incasseren
* je oude huis al 16 maanden te koop hebben staan
* de vermoeidheid van elkaars gezicht aflezen
* niet EN de kapper EN ook nog een paar nieuwe schoenen voor een van de kinderen
* loslaten
* vlak voor salarisdatum een maaltijd in elkaar draaien voor € 0,70 (maar zie ook punt 6!), en daar dan ook nog 2 aftandse courgettes en 4 tomaten in stoppen

enzovoorts, enzovoorts. Een geheel willekeurige, relatieve opsomming. Het kan allemaal nog veel erger. Echt.

De pointe? Crisis is vooral: HOPEN OP BETERE TIJDEN.  In de voetsporen van mijn opa (een vrij theatraal klein mannetje, dat overal een mening over had.... ) zeg ik graag binnenkort: 'Dat boek heb ik dichtgeslagen.'

Dus hoop met mij mee, en zing die mantra met mij mee. Ook dit gaat voorbij.

maandag 1 juli 2013

Stompzinnig enzovoorts

Vandaag een variant op een van mijn favoriete rubrieken uit een van Nederlands bekendste tijdschriften. Voor 'stompzinnig' kunnen desgewenst ook de woorden dom, irritant, ergerlijk, vervelend, belachelijk enzovoorts worden ingevuld. Nou, daar gaat-ie dan!


Pensionado's die rustig 25 km per uur rijden waar je 50 mag, omdat ze de prachtige omgeving willen bewonderen. Gestreste bumperklevende moeders die juist 60 willen rijden om hun kinderen op tijd van school te kunnen halen. Mensen die bij de kassa pas bij het horen van het af te rekenen bedrag omslachtig hun portemonnee uit hun tas gaan halen. Galstenen. Volwassen vrouwen die schoenen dragen met bandjes over hun wreef. Je bont en blauw ergeren aan dingen waar je toch niets aan kunt veranderen. Steeds weer opkomend onkruid. Kinderen die de hele dag voor schermpjes hangen. De was. Saaie provinciewegen met veel vrachtverkeer. Personeel dat keihard door de winkel roept of jij degene was die die Bauch Weg-slip uit de reclamefolder wilde hebben. Verdekt opgestelde autootjes waar ineens een flits uit komt. Ouderdomsvlekken en andere rare plekjes. De crisis. Mensen die naast hun camper gaan zitten met een klaptafeltje en dan op 20 cm afstand van de andere camper (of caravan) hun koffie gaan zitten drinken. De Kruidvat Voordeelpas. Bruine plavuizen die eruitzien alsof ze oud en beschadigd zijn, maar het niet zijn. Drie keer toeteren bij het huis van iemand die jarig is. De op slot zittende woningmarkt. Slippers met sokken. Een antilekdingetje waarop je je gebruikte koffiepad van het apparaat naar de pedaalemmer kunt transporteren. Het instandhouden van de Tour de France, want je weet toch allang dat echt iedereen doping gebruikt en het dus niets meer met sport te maken heeft. De zomer die geen zomer is.

Wordt vervolgd. Aarzel niet om het lijstje aan te vullen. Van harte welkom!

woensdag 29 mei 2013

Mandi

Douchen is bij ons iedere dag weer een uitdaging. Nadat douche 1 het vanwege een overdaad aan calcium begaf, werd douche 2 in gebruik genomen. Loodgieter is geweest en heeft dingen besteld, maar ik ben de draad van alle falende onderdelen inmiddels kwijt. Douchen gaat bij u waarschijnlijk als volgt: u staat op, begeeft zich naar de modern uitgevoerde en kraakheldere doucheruimte, draait de kraan open en wordt vervolgens -ahhhhh- heerlijk wakker onder een straal die een perfect door u uitgekiende temperatuur bezit. Dit alles al dan niet onder begeleiding van douchewand of -deur, gezang, shampoo en doucheschuim. Nou ja, die laatste twee bezitten wij gelukkig ook nog wel. Reden om te zingen is er echter in het geheel niet.

Ons horrorscenario is iedere vroege morgen weer hetzelfde: knop opendraaien, in het bad (!) stappen, kijken of de straal enigszins van acceptabele temperatuur is en vervolgens een of ander pinnetje indrukken waardoor de douche gaat lopen. De geluiden uit de kleine oude 'Durchlaufhitzer' zijn moeilijk te duiden, maar meestal betekent het dat de douchestralen lauw tot koud worden. Daar sta je dan te blauwbekken, met je ingezeepte hoofd. Door een flinke klap op de grootste knop wordt de orde weer hersteld, gaat de riedel van voren af aan van start en word je uiteindelijk toch min of meer schoon en liefst ook zeepvrij.

Na weer wat matineus geklooi was het tijd voor koffie en overpeinzingen over een ... mandibak. In 1992 reisde ik met mijn toenmalige vriend door Indonesië. Een reis met ups en vooral veel downs, want de voortekenen dat onze relatie op de klippen zou lopen, waren ruimschoots aanwezig (ik zet dit er gewoon in, ik bedoel als je ziet wat mensen in de LINDA. zettten en die zijn dan nog bekend ook, en wie wil er trouwens niet in de LINDA.?). Maar daar gaat het niet over. Gelukkig is het menselijk brein een wonderlijk en prachtig iets, en zorgt het verstrijken van de tijd vaak voor het 'inkapselen' van je mooie herinneringen.

In de hostels of losmen waar wij logeerden, was vaak een douche, maar soms (ook) een mandibak. Die waren, als ik het me goed herinner, vaak van beton, geverfd in onwaarschijnlijke kleuren als zuurstokroze of mintgroen. Ik heb nog steeds spijt dat ik niet zo'n plastic schepje mee naar huis heb genomen waarmee je je kunt mandiën, en die je in elke toko of op de markt kon kopen. Douches waren koud. Dat was ook helemaal niet erg in een tropisch klimaat. Vol minachting keken wij zelfs neer op mensen die georganiseerde reizen boekten bij een niet nader te noemen reisorganisatie, en die ongetwijfeld hotels bezochten met warme douches. Mandiën of douchen op een van de weinige tijdstippen dat de Indonesische dag aangenaam te noemen is ('s ochtends rond een uur of zeven) was een spartaans genot. De dag was pril, de zon net op, en de warmte nog niet ondraaglijk.

Hier regent het weer - het is bijna juni. In gedachten ga ik terug naar dat piepkleine huisje in Bali, midden in de rijstvelden, met het vogeltje op de veranda, en de mandibak. Morgenochtend doe ik mijn ogen dicht onder de douche en waan me in de tropen. Heeft gelijk als voordeel dat ik de lichtgroen gewolkte tegeltjes niet zie.

Op de boot van Pangandaran naar Cilicap

Huisje in de rijstvelden van Ubud, Bali

donderdag 16 mei 2013

Cavia

Sorry, hoor, lieve familie en anderen, dat we jullie zo voor de gek hebben gehouden. Het was flauw. Maar jongste zoon vraagt namelijk aan iedereen of ze zijn cavia willen zien. Natuurlijk, dat wil iedereen wel. Mam, waar is mijn cavia? Oh... die staat in de vensterbank. (Staat in de vensterbank? Mm-mm... in een tasje van de kapper.)

Ik ga ervanuit dat u de draad van dit verhaal nu al helemaal kwijt bent. Even een klein niemendalletje tussendoor dan. Het verhaal is als volgt: een paar weken geleden gingen de broers naar de kapper. Vooral bij jongste zoon hingen de prachtige, koperkleurige lokken twee centimeter over zijn ogen en op zijn neus. Het wat langere haar staat hem goed, maar als je steeds wordt aangesproken met 'jongedame' en wanneer jongens in de kleedkamer beginnen te gillen dat er een meisje binnen is, is het minder. Dus na rijp overleg en als variant op kort Amerikaans besloten om het haar deze keer eens flink te kortwieken. Ook fijn als we heel misschien deze zomer nog eens kunnen gaan zwemmen.... als het weer nog eens omslaat. Ik had wel gevraagd om een haarlokje van die koperen pracht.

Enfin, de deur gaat open, de jongens komen thuis met hun vader, en ik krijg een haarlokje, keurig in een klein plastic zakje, overhandigd om te bewaren. Jongste zoon stormt de trap op. 'Mam, wil je mijn cavia zien?' Hè, denk ik een kort moment licht verward, hebben die nou zonder overleg een knaagdier gekocht? Meteen weet ik dat dat niet het geval is, want partner zit echt niet te wachten op nog meer ongedierte in huis. Spinnen, teken en muizen zijn voorlopig wel genoeg.

Nieuwsgierig gluur ik in het tasje dat mij getoond wordt. Oh.... wat een aparte kleur! Een roodharige cavia! Dat zie je niet vaak. En nogmaals sorry aan iedereen die enthousiast en belangstellend is meegelopen voor het bezichtigen van een ........haarbal. 



zaterdag 27 april 2013

Aus der Reihe....

Het was een grote schok, gisteren, voor liefhebbers van de tv-serie Derrick. Niet alleen in Duitsland, maar ook internationaal, veroorzaakte het bericht dat Horst Tappert, die 281 maal gestalte gaf aan de onkreukbare politie-inspecteur, lid was geweest van de Waffen-SS, grote deining.

Horst Tappert was altijd gesloten over zijn privéleven. 'Dat gaat niemand wat aan,' schijnt hij gezegd te hebben. Over zijn tijd in het Duitse leger wilde hij alleen kwijt dat hij 'Kompaniesanitäter' bij de Wehrmacht was geweest. Een grove leugen naar nu blijkt. Op 19-jarige leeftijd werd Herr Tappert namelijk ingelijfd bij de Waffen-SS-divisie Totenkopf. De naam alleen al! Ook Herbert Reinecker (wie herinnert zich niet op de aftiteling: Buch: Herbert Reinecker?) blijkt lid van dezelfde divisie te zijn geweest. Alte Kameraden dus. Ook in 2006, toen er een debat ontstond over lidmaatschap van de SS van bekende personen zoals Günter Grass, hield Herr Tappert de lippen stijf op elkaar. Geen wonder, hij had het nodige te verbergen.

In 2008 overleed de Derrick-vertolker op 87-jarige leeftijd. Dus waarom nu al die commotie? Ik denk dat ik dat wel een beetje kan verklaren. Net als veel generatiegenoten (45+) ben ik opgegroeid met die bekendste tv-Krimi aller tijden. Oberinspektor Derrick en zijn rechterhand Harry stonden garant voor spannend kijkplezier in de tijd dat we nog aangewezen waren op een handjevol, misschien zelfs twee, tv-netten. Alhoewel, spannend: wie de serie nu bekijkt, valt de oneindige traagheid op. Maar we smulden ervan: de rustige, bedachtzame Derrick die overal een antwoord op had, de perfect opgebouwde plots, de beelden van weelderige villa's, dure auto's en mooie, soms niet geheel onschuldige echtgenotes.

De serie begon in 1974, zo'n dertig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog. Derrick was de vleesgeworden Duitse deugd: degelijk, bedachtzaam en door en door betrouwbaar. Traditionele Duitse waarden móchten weer, zo leek het, decennia na de oorlog. De Oberinspektor was een beetje sexloze, middelbare man. Was hij ex-alcoholist geweest, dan had je hem rustig alleen gelaten met een fles whisky. Of liefhebber van jonge meisjes: je had hem zonder aarzelen je bloedmooie, 16-jarige dochter toevertrouwd. Zó'n man was Derrick. Dachten we. Horst Tappert was Derrick. Daarom is die schok ook zo groot. Over wat Herr Tappert allemaal heeft uitgevreten, wil ik niet eens nadenken. Het lijkt nog steeds onvoorstelbaar.

Aus der Reihe geschrieben. Dat wordt hij. En wij zijn weer een illusie armer. 




dinsdag 23 april 2013

Non-informatie

Misschien is het de leeftijd wel. Maar ik word zo vreselijk moe van al die informatie die je dagelijks over je heen gestort krijgt. Die je zelf opneemt via tv, radio, krant en internet, maar ook via de kinderen. Die kinderen zijn nog het minst te benijden in deze tijden van overinformatie, want die prille breintjes en voorhoofdskwabjes zijn daar nog helemaal niet op ingericht.... Zou dat dan toch een van de redenen zijn dat er zoveel kinderen met AD(H)D en andere gedragsproblemen rondlopen, of liever: rondstuiteren? Of pikken veel kinderen die voortdurend irritant rondzoemende stroom van hun gestreste ouders op? Want het is waar: als wij relaxed en ontspannen zijn, zijn de kinderen dat vaak ook. Als ze weer eens in het rond stuiteren, al zingend, kletsend en kibbelend, dan is er óf een weersverandering op komst óf wij zijn zelf gespannen of gestrest.

Ik las laatst ergens dat de gemiddelde mens enkele eeuwen geleden dezelfde hoeveelheid informatie te verwerken krijgt in een heel leven als tegenwoordig in..... drie maanden! Ongelooflijk toch. Ik ben natuurlijk geen neurowetenschapper, maar ik geloof nooit dat onze hersenen en zenuwen zich in datzelfde tempo hebben aangepast aan de dagelijkse overdosering aan informatie. Soms lig ik 's avonds in bed zonder de slaap te kunnen vatten omdat alles 'ongefilterd binnenkomt'. Niet alleen reële problemen en probleempjes, maar de grootste onbenulligheden komen vaak voorbij, zoals 'wat zullen we morgen eten?' Als het echt dingen zijn die ik niet mag vergeten, ga ik uit bed en schrijf ze op. Helpt echt.

Maar goed, informatie en informatie zijn twee verschillende dingen. Is er wel eens onderzoek naar gedaan hoeveel procent van de informatie die wij dagelijks te verteren krijgen nutteloos en/of overbodig is? Natuurlijk, je zoekt het zelf ook vaak op. Maar ik bedoel, wat maakt het uit met wie Justin Bieber aan het daten is? Of wanneer Kim Kardashian is uitgerekend? (zie Achterklap op nu.nl). Of dat er een stokoude, doodgewaande schildpad weer tot leven is gekomen in een Engelse achtertuin bijvoorbeeld??!! Om nog maar niet te spreken van alle baarlijke nonsens op Facebook en Twitter.

Jaaa-haa.... natuurlijk zie ik ook de voordelen. Natuurlijk is het leuk om een foto te zien van je grote kind op wereldreis. Of van een feestje van een ver familielid. Ik tel elke dag de vele zegeningen van internet. Met wie speelde die en die nou ook alweer in die en die film? Hup, Wikipedia, o ja.... die en die. Vroeger moest je dan iemand bellen om te vragen of die het wist!


Wat denken jullie? Is het de leeftijd? Het niet mee-geëvolueerde brein? Gewoon hypes die weer overwaaien? Zal het tij vanzelf keren of wordt het tijd voor een tegenbeweging? Kortom: Facebook- en Twitterlozen aller landen: verenigt u!

donderdag 18 april 2013

'Als je in beweging komt...

... ontstaat de weg vanzelf.' Een prachtige spreuk, die zomaar een oude Chinese waarheid zou kunnen zijn. Ik weet niet meer waar ik 'm vandaan heb, maar ik vond hem zo waar dat ik hem op mijn prikbord heb gehangen. Alleen: het prikbord zelf hangt nog niet. Terwijl ik dit kantoortje al begin september in gebruik heb genomen! Daar zit 'm dus meteen de kern van dit verhaal.

Want als je in beweging komt, baan je een pad. Een pad door het hoge gras dat langzamerhand wordt platgetreden en zo een weg vormt. Mmmm.... mijn pad is vaag zichtbaar, maar de grassprietjes blijven  omhoogschieten en zorgen ervoor dat die omtrekken af en toe maar moeilijk te zien zijn. Zo gaan dagen voorbij waarin ik echt een heleboel doe dat nuttig, nodig of onvermijdelijk is. En aan het einde waarvan ik uitgeteld op de bank zit. Echt waar! Maar om nou te zeggen dat het pad zich duidelijk aftekent, nee. Misschien is dat wel gewoon het leven. Maar ik heb die structuur wel nodig. Gewoon maar weer een to-do-lijstje naast mijn laptop leggen? (en me eraan houden!). Of mijn hele bureau (lamp, printer, laptop, brievenbakjes....) volplakken met post-its?

Kortom: vandaag loop ik weer wat doelloos door het leven. Vanochtend de kinderen weggebracht, geprobeerd mijn DigID te vinden (een godswonder, het is gelukt), een opzet voor een tekstje over een nieuwe actie die ik wil gaan lanceren (hou de website in de gaten!) geschreven, en een telefonisch interview gedaan. De klok slaat twaalf, ik ga mijn salade opeten en daarna de hort op voor nieuwe koffiecapsules.

Dan alweer de kinderen halen en na thuiskomst wat behangrandjes die onze behanger niet helemaal goed heeft afgewerkt vastplakken. Als ik dit zo nalees, word ik er zelf helemaal landerig van. Waarschijnlijk bent u allang afgehaakt. Een prachtig moment om een vette punt achter deze blogpost te zetten. En het pad in het gras nog eens nader te bestuderen!

dinsdag 2 april 2013

Echte mensen (2)

De Krankenkasse. Nog zoiets. Ik was door partner D. al gewaarschuwd voor het hoge Derrick-gehalte van een bezoek aan een van de vele Krankenkassen die de Bondsrepubliek rijk is. Nu zijn wij dat Derrick-gevoel wel gewend, want daar worden wij op onze donkerrode wc en resedagroene (ja, zo heet die kleur echt!) badkamer dagelijks aan herinnerd. Voor de jongeren onder ons: Derrick was de hoofdpersoon in een Duitse politieserie in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw. Een zeer onkreukbaar figuur met degelijke regenjas die op zijn eigen onnavolgbare trage wijze misdrijven oploste. Daarbij geassisteerd door hulpje Harry, aan wie Derrick nooit, echt nooit het verzoek heeft gedaan 'den Wagen vorzufahren'.

Het hele zorgverzekeringsgebeuren is nogal een taaie materie. Zeker als je in Nederland belastingplichtig en verzekerd bent, maar in Duitsland woont. Na veel contacten met echte mensen bij onze Nederlandse zorgverzekeraar, de SVB en nog zo wat instanties, bleek dat alles draaide om een E106-formulier. Maar bij sommige instanties heet dit weer anders, waarschijnlijk om de gang van zaken te versoepelen. Lang leve het verenigde Europa. Om dit formulier te verkijgen belden wij op een koude ochtend dus aan bij zorgverzekeraar D. te E. Het trappenhuis voorspelde al veel goeds. Een time warp naar de jaren zeventig. Zag ik daar nou nog net het achterpand van een degelijke, beige regenjas verdwijnen?

Klop-klop. Ook hier weer geen balie, maar een gewoon kantoor, ditmaal gevuld met twee mensen. Het was doodstil, er werd gewerkt. De mevrouw rechts was bezig, dus werden wij door een vriendelijke heer richting zijn bureau gewenkt. Daar waren wij wel even bezig met het invullen van formulieren en het opgeven van persoonlijke gegevens zoals namen, geboortedata, paspoortnummers en dergelijke. Maar goed, meneer Krankenkasse verzekerde ons dat het zo allemaal goed kwam, en dat kwam het ook. Wij zijn nu in het bezit van vier prachtige blinkende Versichertenkarten.

O, o, wat was het koud. Snel het pand ingevlucht van de Deutsche Bank, want ook daar moest nog iets geregeld worden. Alweer een aardige, glimlachende, blonde mevrouw. Nee, echt, ik zeg dit zonder enig cynisme. De Duitsers worden door ons misschien als formeel en gezagsgetrouw ervaren, en dat is misschien ook in zekere mate zo. Maar wat daar tegenover staat, is een uiterst correcte behandeling, waarbij men je ook echt probeert te helpen. Daar kunnen ze in Nederland bij menige helpdesk nog een puntje aan zuigen.


Echte mensen (1)

Baalt u ook zo van die 0800- en 0900-nummers (voor ICT, toets 1, voor telefonie, toets 2.....)? Kom naar de Bondsrepubliek! Hier is nog echt menselijk contact mogelijk. Voorbeeld: je krijgt een brief van de gemeente, die gestuurd is door een zekere mevrouw X. Zij vermeldt haar naam in het briefhoofd inclusief doorkiesnummer. En stel, je hebt een vraag of een reactie op zo'n brief. Dan bel je het genoemde telefoonnummer en wat denk je.....? Je krijgt mevrouw X. gewoon aan de telefoon en ze helpt je ook nog eens vriendelijk verder. Een echt mens!! Geen bandje!! Geen keuzemenu!! Briljant, toch? Dat men daar in Nederland nou nooit opgekomen is.....

Nog wat voorbeelden, zomaar uit de losse pols. Ik weet dat ik hierbij omzichtig te werk moet gaan, en de voorbeelden zijn dan ook geanonimiseerd, want u begrijpt: het is ook hier in het redelijk crisisbestendige Duitsland niet allemaal rozengeur en maneschijn.

Een tijdje geleden moest ik voor gegevens naar de Industrie- en Handelskammer Duisburg. Deze Kamer van Koophandel heeft een Niederlassung (een filiaal, nevenvestiging, het heeft niets te maken met bungeejumpen of een schip te-water-laten) in een stadje hier vlakbij. De TomTom bracht ons  - de kinderen waren mee, want woensdagmiddag - keurig naar een bedrijventerrein even buiten de stad. Plotseling moest ik fors in de remmen, want wat ik had aangezien voor een noodgebouw van de plaatselijke mavo bleek een soort kantoorverzamelpand te zijn. (Wat mijn verwachting misschien vertekend heeft, waren de foto's op de IHK-website van een blinkende lobby vol chroom, glas en marmer. Waarschijnlijk de hoofdvestiging. Toch.). In het doodstille pand wees een receptioniste mij de weg: een gang in, tweede deur rechts. Ik had het gevoel alsof ik op mijn middelbare school een gang in was gelopen waar je bijna nooit komt en de decaan moest spreken. Klop-klop dan maar. En daar sta je dan, in een kantoor met twee bureaus, waarvan een bezet door een meneer die verveeld opkeek vanaf zijn scherm. Waarschijnlijk was hij gewoon aan het patiencen. In keurig Nederduits begon ik mijn verhaal af te steken, maar halverwege begon meneer Handelskammer al een telefoonnummer op een blaadje te krabbelen. Nee, nee, zo ging dat niet, ik moest dan telefonisch contact opnemen met meneer Schmidt (echte naam bekend bij redactie, red.) in Duisburg. Gierend van de lach - buiten op het parkeerterrein wel te verstaan - verlieten wij de Niederlassung. Later die middag een zeer behulpzame collega van de heer Schmidt gesproken die mij verder kon helpen.

Wordt vervolgd.

vrijdag 22 maart 2013

Extreme higlighting

Omdat het zo lang duurt voordat het lente wordt, geef ik u allen hierbij een voorzetje om eens lekker te lachen. Want, zo weet ieder kind, lachen is gezond. Misschien ligt u wel in een deuk, uw dag kan niet meer stuk. En dat terwijl de lente officieel begonnen is, maar de krokusjes stukvriezen. Lees gauw verder!

Zoals u weet, leid ook ik aan een winterdip. Het lengen van de dagen bracht mij op een echt voorjaarsachtig idee: een coupe soleil. Een budgetcoupesoleil wel te verstaan. Het klinkt lekker Frans, maar de Fransen zelf noemen deze haarmishandeling 'balayage'. Dit terzijde. Dus... tussen het bezoeken van een banenbeurs en acquisitiemailtjes en -telefoontjes door besloot ik aan de slag te gaan met penseel en handschoenen. Nee, niet iets creatiefs helaas, maar een waar heksentafereel van mengen van poedertjes en vloeistofjes. Stelt u zich de scene uit Macbeth voor waar de heksen onder het citeren van ijzingwekkende teksten in een heel grote kookpot roeren.....

In een poging mijn superaardige vaste kapster te evenaren, rolde ik voor het effect de plukken ook nog even in aluminiumfolie. Waarbij direct gezegd moet worden dat een kappersopleiding er echt niet voor niets is. (Ik sta open voor al uw ervaringen en tips op dit gebied!).

U wacht natuurlijk allen op de clou. Nou, die is er niet. Althans, NOG niet. Het goedje is nog aan het inwerken (zie foto). Ik kan nu dus nog niet zeggen of de gevleugelde woorden Don't try this at home enige waarheid bevatten...

Maar ach, niet alles draait om het uiterlijk, he? Gelukkig ben ik vanbinnen best een mooi mens.



zaterdag 23 februari 2013

Dag lieve Jack

Een verdrietig bericht vandaag. Onze kat Jack is vannacht overleden. We deelden lief, leed en knuffels met haar. De laatste tijd vooral leed, omdat Jack anderhalf jaar geleden ineens begon te kwijnen. Als ze (Jack was een poes, al zou je dat aan haar naam niet zeggen) een mens was geweest, zou je hebben gezegd dat ze depressief was. Een paar onderzoeken en een ECG later bleek dat Jack, pas zes jaar oud, leed aan hartfalen. Heel langzaam ging ze achteruit. Als ze een terugval had, kreeg ze soms vitamine B en vocht toegediend waardoor ze wat leek op te leven. Maar haar lichaam en vooral haar arme hartje hebben het niet kunnen oppakken....

Gisteravond werd duidelijk dat Jack aan de allerlaatste fase van haar verder prachtige kattenleven was begonnen. Heel veel tranen bij de kinderen.... want we waren tot de conclusie gekomen dat het echt niet langer ging, en hadden een afspraak met de dierenarts gemaakt voor zaterdagochtend. Jack zat ineengedoken in de kattenbak en je  moest goed kijken om te zien of ze nog leefde. Jack, al enorm afgevallen, was een zielig hoopje kat dat in alles uitstraalde: laat me maar, laat me maar gaan. Vanochtend om half negen een heleboel tweetonig gehuil, en oudste rende de trap op. Wij waren net wakker, en ik had D. net slaperig gevraagd: Leeft ze nog? Hij was nog niet beneden geweest, in de badkamer, maar daar lag, zo bleek, Jackje dood op de vloer.


Vanochtend in plaats van naar de dierenarts naar het dierencrematorium gegaan. Een afscheid vol emoties volgde, en we legden vier prachtige rozen neer die Jack op haar laatste reis gaan vergezellen. Lieve Jack, je hebt ons heel veel liefde en plezier gegeven. Dank je. We hopen dat je op een mooie, lichte en rustige plek bent waar je geen pijn en angst meer kent.

maandag 18 februari 2013

Alles wat je altijd al wilde weten over Schenkenschanz maar niet durfde te vragen

Bij wijze van 'een frisse neus halen' (ik hoor het mijn moeder nog zeggen) maakten wij afgelopen zaterdag, de moeder van alle druilerige dagen, een uitstapje naar Schenkenschanz. Van een vriendin die lang geleden hier in de regio woonde, had ik gehoord dat het een oud vestingstadje was. Romantische beelden van ridders, burchten en stoere, eeuwenoude stadsmuren doemden onmiddellijk op. Toen ik voor vertrek las dat het stadje slechts 95 (volgens andere bronnen 120) inwoners telde, begon ik te twijfelen. Maar goed, we moesten allemaal nodig gelucht worden, dus op naar Schenkenschanz, hier hemelsbreed nog geen 10 kilometer vandaan.

Met steeds een geruststellend zicht op ons eigen heuvelruggetje reden we over een weggetje door de uiterwaarden van de machtige Rijn. De natuur bleek alleen grijs en groen en een toefje beige op het palet te hebben. Het binnenrijden van het dorp Griethausen maakte het er niet vrolijker op. Op de terugweg hebben we trouwens, enigszins melig, nog vergeefs gezocht naar een supermarkt. Er was wel een (gesloten) kiosk, een kroeg en een of andere onderdelenwinkel waar dit soort gehuchten het patent op lijkt te hebben. Gauw op naar Schenkenschanz dan maar. Over de grauwgroene weilanden vlogen enorme zwermen ganzen die met hun geschreeuw aan deze februaridag een nog grotere naargeestigheid verleenden. Schenkenschanz, zo memoreerde ik, ondertussen het gekibbel om een of ander kerstpoppetje op de achterbank negerend, was op twee manieren te bereiken: over de weg, en vanuit het nabijgelegen Düffelward via een pontje. Die laatste mogelijkheid roept de nodige vragen op, want ook dit dorpje heeft geen voorzieningen (sorry, we hebben het niet gecheckt).

Ineens stonden we er: op een heus parkeerterreintje buiten de poorten van Schenkenschanz. Bij de bushalte (geen foto) kwamen we erachter dat de bus hier twee keer per dag gaat. De poort was eigenlijk een soort sluis die bij hoogwater kan worden gesloten. Nooit gezien, een heel plaatsje dat zo afgesloten kan worden! Maar dat was het dan ook wel. Het stadje schijnt 47 huizen te tellen, en hoewel er pogingen zijn gedaan om het hoofdstraatje wat te verlevendigen met plantenbakken en andere tuinaccessoires, bleef het maar een morsig geheel. En wij maar denken dat wij afgelegen woonden.... Maar, zo zult u tegenwerpen, wij hebben het schattige Schenkenschanz geen eerlijke kans gegeven. We hebben het bezocht op een van de druilerigste en meest naargeestige dagen van het jaar. Mmm... misschien toch in de zomer eens teruggaan? Mocht u er zelf trouwens bij mooi weer willen overnachten: er zijn diverse mogelijkheden. Wacht u voor de hond.

Gelukkig was er even buiten het stadje nog wat porijs. Slalommend rond de ganzenpoep hebben we dus toch onze frisse neus nog gehaald.



woensdag 6 februari 2013

Es-Ie-Ooh

Eindredacteur zoekt opdracht. Ervaren tekstschrijver zoekt klus. Of moet ik zeggen: eindredacteur zoekt freelance opdracht? Of: Tekstschrijver zoekt opdrachten? Eerlijk, ik weet het echt niet. Dat heeft namelijk allemaal te maken met SEO, en dat schijnt een aparte tak van sport te zijn. Ik word weleens moedeloos van al die vragen om SEO-teksten, SEO-webteksten enzovoorts. Ik bedoel: als je vakantiehuisjes in Frankrijk verhuurt, zorg je er toch voor dat op je website de woorden 'vakantiehuisjes' en 'Frankrijk' veel voorkomen? Gelukkig krijg je de lijst van de gewenste woorden als tekstschrijver er meestal bijgeleverd. Dat maakt het dan weer wat gemakkelijker. Ik zou het maar vervelend vinden als ik bij het schrijven van een leuke, pakkende, creatieve tekst voortdurend aan Es-Ie-Ooh zou moeten denken.

Maar goed: de eerste regels van dit bericht zijn niet uit de lucht gegrepen. Januari was al nooit mijn favoriete maand, om het wintergeklaag nog maar even voort te zetten, maar nu mijn freelance eindredacteurschap eind vorig jaar is geëindigd, ben ik weer druk zoekende naar werk. Het liefst een min of meer vaste eindredactieklus. Mijn vingers kriebelen alweer om hieraan te beginnen. Het was echt even afkicken van de regelmaat en de structuur, en eigenlijk wil ik dat helemaal niet. Zet mij maar gewoon 's ochtends (niet al te vroeg!) achter mijn bureau met een kop koffie en laat mij lekker de hele dag werken. Met de nodige onderbrekingen voor het halen van de kinderen natuurlijk. Dan ben ik het meest happy!

Helaas: mijn pogingen hebben nog geen concrete vruchten afgeworpen. Maar ik heb nog heel wat op de rol staan. Gewoon stug doorgaan, dan komt het vanzelf. Op mijn prikbord hangt een spreuk die ik heel mooi en waar vind: als je in beweging komt, ontstaat de weg vanzelf.

Ondertussen werk ik min of meer door (moeilijk voor iemand die het liefst wat structuur heeft!) en zorg dat mijn administratie op orde is. En het belangrijkste werk deze week: het ondersteunen van onze oudste die deze week de Citotoets doet! Dat betekent lekker voedzame ontbijtjes maken 's ochtends en 's avonds op tijd naar bed met een warme kruik. En vanmiddag, om het hoofd leeg te maken, een paar keer op de slee naar beneden, want het is weer zover: er ligt hier 10 cm sneeuw!

woensdag 9 januari 2013

Neusjes

Een nieuw jaar, een nieuw begin.... en na alle overdaad van de feestdagen nu weer letterlijk en figuurlijk de broekriem aanhalen. Voor velen een werkelijkheid van alledag, maar liefst zonder het inleveren van kwaliteit natuurlijk. Nadat een Cotes du Rhone van de Lidl van een euroknaak in een consumentenprogramma door wijnkenners werd gewaardeerd en geschat op zo'n acht euro per fles, waren de dozen niet meer aan te slepen. Ondergetekende sleepte na veel moeite ook zo'n doosje in de wacht, en het moet gezegd worden: een soepel rood drinkbaar allemansvriendje. De Aldi- en Lidl-schaamte is iedereen al voorbij, maar wat zijn die winkels toch ongezellig! Doet me denken aan dat flauwe mopje over die sjieke mevrouw die bij de dokter komt omdat ze door een wesp was gestoken op een heel genante plaats.... in de Aldi.

21 januari schijnt te zijn uitgeroepen tot meest deprimerende dag van het jaar. Nou, 4 of 6 januari kunnen er ook wat van, zeker na de vrolijk verlichte feestdagen. Ineens is alles koud, nat, kaal en naargeestig. De resten vuurwerk op de beregende straten doen er nog een schepje bovenop. Op 1 januari nog even van een feestelijk staartje genoten door het bekijken en beluisteren van het traditionele Nieuwjaarsconcert vanuit Wenen. Voor wie het niet kent (huh?): het eerste deel was een soort promotiefilmpje voor het Oostenrijks Verkeersburo. Echte chewing-gum for the eye: prachtige beelden van bergen, meren en schitterend uitgedoste mensen die al dansend door de bloemrijke tuinen van een barok slot heen zwieren. Geen vuiltje aan de lucht, in dat hele Oostenrijk niet. Maar.... Zon! Zomer! Bloemen! Wat lijkt dat allemaal ver weg.... en wat verlang ik ernaar.

Maar de ogenschijnlijke rust en saaiheid van deze kleurloze wintermaanden is ook ergens goed voor. Een reminder - die een wijze vrouw mij ooit meegaf - voor mezelf als ik weer eens dreig weg te zakken in het moeras dat januari heet. Onder de grond en in planten en bomen is de natuur in alle rust bezig met de voorbereiding op de lente. Ook in mijn hoofd moet ik dat laten gebeuren. Nu is het stil en doods, maar straks bloeit er weer van alles op, daarvan ben ik overtuigd.

In onze pantry (aka voorraadkast) staan al weken een paar hyacintjes met piepkleine neusjes als vroege voorbode van de lente. Let niet op de achtergrond: ik was net even naar de Aldi geweest.